100 jaar geschiedenis als aannemer betekent ook 100 jaar administratie voeren. Nu is op dat gebied tussen 1924 en 2024 het nodige veranderd, denk alleen al aan de automatisering. Ook ging in een eeuw tijd het nodige verloren of werd opgeschoond. Maar de alleroudste administratieve documenten van Hoogendoorn Bouw zijn gelukkig bewaard, in een stevig ijzeren kistje met andere memorabilia.
In vier blauwe schriftjes hield in 1924 de net meerderjarig geworden oprichter A.B.J. Hoogendoorn nauwgezet zijn opdrachten bij. De schriftjes kwamen uit de buurt, gekocht bij kantoorboekhandel Luijten aan de Frederik Hendriklaan. Het eerste jaar waren – niet verrassend – de meeste opdrachtgevers uit diezelfde buurt (het Statenkwartier) afkomstig, de Haagse wijk waar ABJ woonde en werkte. Maar de allereerste klant woonde twee wijken verder: meneer Lampe uit de Bankastraat in de Archipelbuurt.
Rekeningenboek
Vijf dagen na de oprichting van Hoogendoorn Bouw op 1 augustus 1924 noteerde ABJ in zijn schriftje Rekeningenboek de klussen die hij uitvoerde in het huis en de bijbehorende winkel van meneer Lampe. Het arbeidsloon was bescheiden, met 60 cent per uur (herrekend naar het prijsniveau van nu nog steeds niet meer dan € 6,00). Ook de werkzaamheden waren niet buitengewoon of spectaculair. Het ging onder meer om stukken hout in kozijnen en deuren inzetten, een eikenhouten bureauplankje ophangen en raamlichters, penkruk, raamhorren en jaloezieën plaatsen. En passant schreef ABJ ook op dat hij 8 deuren had ‘pas gemaakt’.
Op 13 augustus telde ABJ de rekening op tot een totaal van f 16,60, te weten 17 uur à f 0,60 plus materiaalkosten f 6,30 en zegel f 0,10. Het dubbeltje voor de fiscale zegel was in Nederland toen nog volgens de Zegelwet verplicht om zo de staat van extra inkomsten op ‘rechtsverkeer’ te voorzien.
Kasboek
In een ander blauw schriftje, waarop ABJ in zijn kenmerkende cursiefschrift Kasboek had geschreven, noteerde hij dat op 14 augustus de f 16,60 waren ontvangen. Op de regel daarboven staat misschien een nog interessantere post, het ontvangen startkapitaal à f 100,-. Van wie afkomstig? Van zijn vader, van een van zijn oudere broers? De naam ontbreekt, helaas.
De vier schriftjes hebben maar een paar maanden dienst gedaan. De werkzaamheden stapelden zich op en al snel werd duidelijk dat ABJ veel grotere kasboeken met veel meer pagina’s nodig had om alle rekeningen, debiteuren, crediteuren, kasbetalingen en inventarisoverzichten te administreren. Maar de eerste schriftjes zijn bewaard, 100 jaar lang.